Nu ook prentenboek over ‘Emile Claus, de prins van het licht’

Er zijn al kruiwagens vol boeken verschenen over Emile Claus maar nooit eerder een prentenverhaal voor kinderen. Die lacune is nu ook opgevuld. En daar zorgde uitgeverij De Eenhoorn voor. Achteraan het boek is een korte biografie opgenomen over Claus met afbeeldingen van zijn belangrijkste schilderijen. Door die verwijzingen hebben de kinderen (vanaf 5 jaar) aanknopingspunten tussen het prentenverhaal en de originele schilderijen. Daar wilden we het fijne van weten.

Hoe is het boek tot stand gekomen?

Uitgeefster Elly Simoens: “Trui Galle, bibliothecaresse in Deinze, sprak ons een jaar geleden aan op onze stand op de Boektopia-beurs in Kortrijk. Ze had de steun van de Stad Deinze om een prentenboek over Claus uit te brengen. Rationeel gezien had ik toen neen moeten zeggen. Zeker als je weet dat een normaal traject van idee tot realisatie van een boek gemiddeld anderhalf à twee jaar in beslag neemt. Qua timing was het absoluut onmogelijk omdat ik er gewoon geen boek meer bij kon hebben. Maar de begeestering van Trui en het feit dat ik ook wel een connectie had met Claus –ik heb een kleine replica van zijn schilderij ‘De ijsvogels’ in huis hangen- deden mij overstag gaan.”

Waarom koos je specifiek schrijfster Laïla Koubaa en illustratrice Charlotte Oversteyns voor deze opdracht?

Koeien steken de Leie over met Claus in bootje. (foto: uitgeverij De Eenhoorn)

“Ik weet waar de voorkeuren liggen bij onze schrijvers en illustratoren en had meteen het gevoel dat het bij Laïla mogelijk was. Ze kan snel werken en schakelen. Ik werk graag met haar samen. Ze blijft schaven tot het helemaal afgewerkt is. Ze ontleende meteen verschillende boeken over Claus en is er letterlijk ingedoken. Op twee weken tijd had ze een verhaal klaar. Illustratief had ik niemand met lokale connecties maar ik moest snel beslissen. Qua visuele beeldtaal dacht ik meteen aan Charlotte. Wat ik aanvoelde bleek ook te kloppen. Zij heeft een beetje dat luministische van Claus in zich. Ze liet meteen alles vallen waar ze mee bezig was.”

Het is een prentenboek geworden en geen leesboek?

“We hebben getwijfeld maar het voordeel van een prentenboek is dat je het kan doortrekken tot en met de volledige lagere graad. Dat je met andere woorden de leeftijdscategorie van 5 tot en met 12 jaar kan overbruggen. Met een leesboek zou je meteen in een hogere leeftijdsgroep zitten en was het beperkter. Bovendien komt dit prentenboek in alle musea en boekhandels te liggen in Vlaanderen en Nederland. Ik trok er vorige week ook mee naar de Frankfurter Buchmesse, hét mekka van de boekhandel.”

Recent brachten jullie ook het boek ‘Licht vissen met penselen’ uit n.a.v. de Ensortentoonstelling in het KMSKA. Deze keer wel een leesboek. En ook in opdracht. Dat is niet gebruikelijk voor een uitgeverij, toch?

“Dat klopt. Maar dit zijn twee buitengewone kansen die je krijgt en die je niet mag laten liggen. Met het KMSKA had ik eerlijk gezegd al veel langer een plan om met uitgeverij De Eenhoorn een duurzame relatie op te bouwen. KMSKA heeft contact gezocht met ons, met als bedoeling bij 1 grote tentoonstelling per jaar ook een prentenboek voor alle leeftijden te maken. Wij vonden dit een mooi project. We willen van beide kanten die samenwerking duurzaam opzetten en dit vanaf nu ook elk jaar kunnen doen. ‘Licht vissen met penselen’ is het eerste boek dat valt onder die samenwerking. We wilden een boek voor alle leeftijden en het creatieve proces van Ensor in beeld brengen. Het kwam wel helemaal anders tot stand dan het prentenboek over Claus. Illustratrice Ingrid Godon kreeg carte blanche voor de tekeningen en Paul de Moor schreef daarop de teksten.”

Boeren op het land. (foto: uitgeverij De Eenhoorn)

Godon rijft regelmatig prijzen binnen in binnen- en buitenland en exposeert haar werk ook vaak in musea. Ondertussen werd ze geselecteerd door de stad Parijs om één van de 32 nieuwe metrostrations van de lichtstad van tekeningen te voorzien. De uitvoering in het station Sevran-Livry (lijn 16) zal in 2026 gebeuren.

Paul de Moor liet zich voor zijn boeken al vaker inspireren door het leven en het werk van schilders als Roger Raveel (‘De schilder, de duif en de dingen’, uitg. Lannoo 2009), Michaël Borremans en Luc Tuymans (‘Mijn huis dat was’, uitg. Ludion 2015) en dit jaar ook Vincent Van Gogh (uitg. Snoeck Publishers 2024).

De Eenhoorn brengt op jaarbasis 47 nieuwe titels op de markt. Of er ook met exclusiviteitscontracten wordt gewerkt?

“Auteurs of illustratoren werken niet met exclusiviteitscontracten zoals schermgezichten bij openbare of commerciële omroepen. Maar De Eenhoorn is wel een uitgeverij die heel trouw is aan auteurs en illustratoren, en graag langdurig en intensief met hen samenwerkt.”

Naar welke nieuwe release kijk je het meest uit of heb je grote verwachtingen?

“Twee prentenboeken die nog maar net verschenen zijn, maar waar we nu al veel positieve reacties op krijgen, zijn ‘Kamertje Ikke’ van Femke Vanbelle en Flore Deman, en ‘Wolf en Rolf’ van Sassafras De Bruyn. Ook naar ‘Queen Nikkolah en het feest voor alle kinderen’ dat eind deze maand verschijnt, kijk ik erg uit.”

“Naast prentenboeken geven wij ook leesboeken uit, zowel voor beginnende lezers als jonge lezers. Daar ben ik bijzonder blij met de nieuwe Eenhoorn-reeks ‘Er was eens … iets anders’, sprookjes voor beginnende lezers waarin alle stereotypen en clichés omgedraaid zijn. Het duo-debuut ‘Spoorloos’ van Frederik Bosmans en Jane Catteeuw is ook een boek dat er voor mij uitspringt. En ik ben er trots op dat we nieuwe poëzie voor kinderen uitgeven (dat is nog iets anders dan een bloemlezing): Geert De Kockere viert zijn 35 jaar dichterschap met een nieuwe bundel ‘In het midden van mezelf’. Die kreeg een heel bijzondere vorm, met een speciale rol voor de illustraties van Heike Sofia Villavicencio Rammeloo.”

Schrijfster Laïla Koubaa en illustratrice Charlotte Oversteyns

Schrijfster Laïla Koubaa (rechts) en illustratrice Charlotte Oversteyns. (foto: LCG-Press)

Laïla Koubaa (1977), schreef ‘Emilie, de prins van het licht’. Zij is de dochter van een Tunesische vader en een Belgische moeder. Ze woont en werkt in Gent. Naast auteur is Laïla master in de Oosterse Talen en Culturen, begeleidt ze jongeren met specifieke noden in verschillende scholen in Gent en geeft ze lezingen en workshops in zowel binnen- en buitenland. Ze debuteerde met ‘Azizi en de kleine blauwe vogel’ (Book Island, 2013).

Daarna volgden ‘Hoger dan de bergen dieper dan de zee’ (Uitgeverij Vrijdag, 2015) en ’Juf verdient een standbeeld (en de meester ook)’ (De Eenhoorn, 2021), dat ze samen met haar man Bart Koubaa schreef.

Waarover gaat het verhaal van ‘Emile’ ?

Laïla Koubaa: “Het verhaal is een zoektocht van Emile Claus naar de ijsvogel. Hij stapt in zijn bootje, vaart de Leie af en vraagt aan iedereen die hij tegenkomt of iemand de ijsvogel heeft gezien. Tijdens de bootreis merk je als lezer/kijker dat Claus de vier seizoenen meemaakt zonder dat hij het zelf beseft. Zo passeren er verschillende Leie-landschappen en ontmoet hij volwassenen en kinderen die zo uit de schilderijen tevoorschijn lijken te komen. De ijsvogel is een mysterieus vogeltje dat zich niet gemakkelijk laat zien. Ik heb een beetje met dat gegeven gespeeld want als je naar het echte schilderij ‘De ijsvogels’ kijkt dan zie je helemaal geen ijsvogel maar enkel schaatsende kinderen.”

Waarom heb je specifiek voor dat werk gekozen en niet voor één van zijn zovele andere schilderijen? Wat sprak jou daar zo in aan?

Schaatsers op de Leie. (foto: uitgeverij De Eenhoorn)

“Het mysterieuze. Maar ik vond het vooral interessant omdat ik via dat werk op een subtiele manier de andere schilderijen van Claus erin kon verwerken. Zoals ‘De picknick’, ‘De bietenoogst’, ‘De koeien bij de oversteek van de Leie’ enz. Er zitten zoveel knipogen in verwerkt die Charlotte ook op een “lumineuze” manier heeft verwerkt in haar illustraties. Als je kijkt naar mijn ander werk, dan zie je wel dat ik iets heb met vogels. Dat staat voor mij symbool voor vrijheid, fragiliteit. Het is een dier dat mij heel erg boeit. Vandaar dat ik dacht: dat werk wordt mijn rode draad (lacht).”

Charlotte Severeyns illustreerde ondermeer ‘De boomhut van Niel’ van Robbe De Vos (De Eenhoorn), ‘Hendrika, het schaap dat in een boom klom’ van Tine Mortier (De Eenhoorn), ‘Het Grote Heksenboek’ van Kathleen Vereecken (Lannoo), ‘Kapitein Nemo’ van Winny Ang (De Eenhoorn) en ‘De poëziejongens’ van Mustafa Kör (Poëziecentrum). De natuur en de relatie van de natuur met de mens speelt een belangrijke rol in haar werk. Haar tekeningen zijn teder en zacht en hebben een rijke kleurschakering. Op haar website kan je nog meer van haar werk ontdekken. Beslist eens doen.

Charlotte, met die keuze van Laïla moest jij aan de slag. Wat vond je daarvan?

“Ik kreeg de grote lijnen van het verhaal voordat ik begon met tekenen. Ik moet altijd voeling hebben met een tekst om te illustreren en bij de tekst van Laïla had ik die meteen. Ik kreeg direct beelden in mijn hoofd. Dan ben ik beginnen schetsen, op zoek naar een sfeer. Ik keek naar het werk van Claus, vooral hoe hij met het licht werkte en sferen creeërde, de kleuren die hij gebruikte enz.”

Heb je je eigen tekenstijl aangepast voor dit boek?

“Neen. Het was in het begin wel een uitdaging. Hoe ik zijn werk kon verwerken binnen mijn stijl zonder zijn werk te copiëren. Maar ik heb mijn stijl zeker behouden.”

Een voorbijvarend schip. (foto: MUDEL)

Dat klopt zeker. Ik vind het zelfs bijzonder om de tekeningen in het boek vanop afstand te bekijken. Ik vind dat ze op die manier nog beter tot hun recht komen. Je krijgt bijna een schilderij-gevoel. De vele schaduwen en silhouetten geven het geheel een bijzonder accent. Zo weet Charlotte de sfeer van bv. het Claus-schilderij ‘Een voorbijvarend schip” waar drie kinderen naar staan te kijken heel treffend en knap “te vangen” in haar eigen tekenwerk.

Dit was een werk in opdracht terwijl jullie doorgaans vertrekken vanuit de eigen inspiratie. Hoe was dat?

Laïla: “Ik was eigenlijk meteen enthousiast. Ik kende het werk van Claus via mijn lessen kunstgeschiedenis en had al enkele schilderijen gezien in musea. Een uur nadat de uitgeefster mij belde ben ik naar de bib De Krook gefietst en heb ik heel veel boeken over het leven en werk van Claus uitgeleend. Ik ben er als een gek in gedoken en voelde meteen een match.”

Ik denk dat het voor jou ook dankbaar was Charlotte, want ook in je ander werk speelt de natuur toch een redelijk grote rol, toch?

Charlotte: “Jazeker. Elly heeft heel goed aangevoeld dat er een link was tussen mijn werk en dat van Claus. Ik vond het fantastisch.”

Het prentenboek ‘Emile, de prins van het licht’ (5+) kost 17,95€. Het werd uitgegeven op 2.000 exemplaren.

Het boek ‘Licht vissen met penselen’ (5+) kost 19,95€ en is eveneens een uitgave van De Eenhoorn.

About the author

Verwant

JOIN THE DISCUSSION